De kantvereniging ‘Zennekant’ is ontstaan uit een groepje oud-leerlingen van de kunstacademie van Liedekerke.Vanuit het Vlaams-Brabantse Halle trokken we met zijn drieën twee keer per week naar de afdeling in Ninove. We leerden er de klassieke technieken en werden in een bad van creativiteit ondergedompeld door de verschillende leerkrachten hedendaagse kant die ons nieuwe uitdagingen en projecten voorschotelden.

Alhoewel enkele van onze leerkrachten nog nooit een klos ter hand hadden genomen, deden ze ons verder denken dan enkel in draden en vlakken. En dan kwamen de ideeën, in de auto op weg terug naar huis. We vroegen ons af hoe we hun opdrachten konden onderbrengen in onze visies, en deze konden uitwerken in kant.

Zo kwam, na een opdracht, het idee van vormklossen in 3D.

Hieruit ontstond het werk de “De kop“ geklost door Ingrid De Dobbeleer: spelen met de klossen en paren op een reeds bestaande vorm. Experimenteren hoe je klosjes van onder naar boven brengt, luisteren naar de draden en de onderliggende vorm. Het verlies van de zekerheid die je hebt met een kussen.

Op de academie maakten we ook kennis met Rita Van Cotthem,  een bron van inzicht en inventiviteit, de verbinding tussen de leerkracht hedendaagse kant, haar dochter en het kloswerk. Rita werd dan ook snel lid van Zennekant. Haar werk “Koperdraad en koperplaat” is een ontwerp naar het werk “to the Third International” van Vladimir Tatlin uit 1919-20.

Zennekant begon met een kleine groep van zes die snel aangroeide tot een vereniging van een dertigtal tal leden. We laten iedereen aan de slag gaan met projecten. We geven creatieve en technische ondersteuning daar waar nodig. Het werk “Momentum” is zo een van deze groepsprojectjes, eigenlijk ontstaan uit een grapje op een kantdemonstratie:  “Een beetje serieus of als straf laat ik jullie twee meter klossen”. De aanwezige leden vonden het blijkbaar een leuk idee en zo werd dit project opgestart. Wie interesse had kreeg de basisdraad die men mocht aanvullen met eigen kleuren. Eens de keuze van de grond gemaakt, ging iedereen aan de slag.

Dit werk is een godsgeschenk, door zijn eenvoud hebben we dit al tientallen keren kunnen tentoonstellen en telkens opnieuw is het iets anders. De inventiviteit om de aangeboden ruimte optimaal te gebruiken zorgt telkens voor een eigen opstelling: soms zijn de kanten geknoopt, soms overlappend of in waaiervorm gepresenteerd. In het Brugse Kantcentrum is het de eerste keer dat we de stroken als een bewegend mobiel in zijn simpelste vorm hebben kunnen presenteren. Erg mooi als je het mij vraagt.